Jezus was een Rabbi.
Jezus is God. En God kan alles. En toch… let op.
Jezus werd Rabbi genoemd in de Bijbel. (Mattheüs 26:25, 49; Markus 9:5, 11:21, 14:45; Johannes 1:38, 49, 2:2, 4:31, 6:25, 9:2, 11:8)
En dat zette mij aan het denken.. want die titel Rabbi kreeg je niet zomaar.
Om een rabbi in de oude Joodse samenleving te worden genoemd was een proces. Die titel kreek je niet zomaar toebedeeld. Je kennis van de Joodse geschriften, wetten en tradities was nodig. Ja, in de loop van de geschiedenis en afhankelijk van de plek waren die eisen anders, maar grofweg kom ik wel de volgende gemeenschappelijke noemers tegen:
- Opleiding: Een persoon die rabbi wilde worden, begon meestal op jonge leeftijd met zijn opleiding, vaak met de studie van de Torah (de eerste vijf boeken van de Hebreeuwse Bijbel) en andere Joodse geschriften.
- Studie van Joodse Wet: Aspirant-rabbijnen verdiepten zich in de studie van de Joodse wetten.
- Praktijkschool: Naast formele opleidingen studeerden aspirant-rabbijnen vaak onder gevestigde rabbijnen of geleerden, dienend als hun discipelen of leerlingen. Door die mentorschappen kregen ze praktische ervaring en inzichten.
- Erkenning: Zodra iemand zijn opleiding had voltooid en bekwaamheid had aangetoond in de Joodse wet en het onderwijzen ervan, kon hij een soort van erkenning zoeken als rabbi. Die werd gegeven door een raad van rabbijnen of ouderlingen die de kandidaat erkenden voor zijn kennis en geschiktheid voor die rol. Dat werd dus ook door hun getoetst.
- Gemeenschappelijke erkenning: Na die soort van certificering kon een rabbi beginnen met het uitoefenen van zijn functie als religieus leider. Maar afhankelijk hoe ze het in de praktijk deden en of ze ook de antwoorden konden geven in de praktijk hing er wel een soort van gemeenschappelijke erkenning aan vast.
De titel “rabbi” was in die oude tijden trouwens niet formeel gereguleerd. En dat is ook fascinerend, want tegenwoordig moet alles formeel gereguleerd en gecertificeerd zijn. Je kunt geen tang oppakken zonder een formeel papiertje ervoor te hebben lijkt het wel. In die oude tijden was dat dus niet zo. Het was toen een titel van respect en eer die werd gebruikt om geleerde leraren en religieuze leiders binnen de Joodse gemeenschap aan te spreken. Als zodanig was het proces om een rabbi te worden informeler en ook op de gemeenschap gebaseerd, waarbij erkenning en autoriteit werden verleend door de gemeenschap en andere gevestigde rabbijnen.
En nu terug naar vandaag.
- Jezus is God en ondanks dat Hij alles kon, heeft Hij heel veel tijd gestoken in het bestuderen van God Zijn woord. Doen wij dat vandaag ook nog? Wij zijn geen god en weten zeker niet alles. Maar waarom krijg ik dat soms toch het idee dat wij alles “wel weten” en die studie maar overslaan of weinig tot geen tijd erin steken? Dat is vreemd toch?
- De studie in Jezus zijn tijd was niet formeel gereguleerd en toch was Hij rabbi. Maar tegenwoordig, zonder een formele studie van jaren en jaren.. kom je vaak de preekstoel niet meer eens op. Sorry kerel, geen theologische universiteit, helaas. Leuk dat je theologie studie X, Y, Z hebt gedaan, maar ja, niet formeel “DE theologische universiteit”, dus nee. Dat is ook vreemd toch?
- De andere kant op, we zien ook mensen die wel “DE theologische universiteit” hebben afgerond… maar nog steeds niet snappen, met Goddelijk inzicht door Zijn Heilige Geest waar ze het over hebben. Maar ze mogen direct de preekstoel op. Want het is formeel goed geregeld… Oeps… Dat is ook vreemd toch?
Zijn we niet ergens de Goddelijke balans verloren? Denken we er soms niet VEEL te licht over en soms ook VEEL te zwaar? Hebben we, ook in ons eigen geestelijke leven, die balans nog wel?
- Zouden bijvoorbeeld Petrus, Lukas, Johannes, Filippus of Mattheüs nog wel dominee kunnen worden? Of sturen we ze weg, want niet “DE theologische universiteit”, dus nee?
- Aan de andere kant… waarom laten we soms ook mensen tot de spreekstoel toe die we absoluut niet hebben getoetst en waar je met een heel klein beetje moeite echt had kunnen weten dat wat ze vertellen niet bijbels is? Totaal niet soms? Ook op echt primaire vraagstukken?
En nu terug naar ons leven en één voorbeeldje hoe wij ermee om gaan:
Iedere gast die we voor een Podcast hebben zagen we echt van tevoren door. Wie is het, klopt het wat die zegt op Bijbelse gronden? En nee, die hoeft echt niet de theologische universiteit van “noem een stad” te hebben doorlopen, maar doorzagen doen we. Want we willen echt zeker, 100% weten of ze echt een Rabbi zijn… Betekent soms ook dat we na de opnames toch zeggen: sorry, gaat niet online. Want het klopte niet wat er gezegd werd (op primaire vraagstukken) en we gaan het dus ook niet verspreiden. En dat is maar één voorbeeldje van die toetsing.
Die balans zoeken kost tijd, kost studie, maar die balans is oh zo nodig in deze tijd.
En ja, dat betekent ook dat we uren en uren per week zelf ook nog steeds studeren op God Zijn woord. Uren en uren.. want die balans, daar zijn we zuinig op. Klopt het wat ik denk? Staat dat ook zo in God Zijn woord? Zo ja, prachtig! Zo nee, ook prachtig! Weer wat meer geleerd over wie God wel is. Als Jezus dat deed… dan moeten wij dat zeker ook doen. Met een Goddelijke balans.